DIABETES PRIKPEN MICROLET NEXT

Microlet diabetes prikpen

De ergonomische prikpen is te gebruiken voor het prikken van capilair bloed. Zo kunt u uw bloedglucosegehalte meten. U kunt met deze Microlet prikpen vijf prikdiepten instellen. 

Bloedafname in de vingertop met de grijze instelbare punctiedop:

• Breng de grijze instelbare punctiedop aan op het prikapparaat
• Selecteer een van de vijf prikdieptes door aan de draaiknop van de punctiedop te draaien: een kleinere druppel voor een ondiepe punctie of een grotere druppel voor een diepere punctie
• Aanpassen van de druk die op de punctieplaats wordt uitgeoefend, zal de diepte van de prik ook beïnvloeden
• Plaats het prikapparaat stevig tegen de punctieplaats en duw op de blauwe vrijgaveknop
• De zijkanten van de vingertoppen zijn mogelijk comfortabeler
• Om een bloeddruppel te helpen vormen, wacht enkele seconden, wrijf vervolgens in de richting van de punctieplaats
• Knijp niet in de buurt van de punctieplaats
• Test onmiddellijk nadat de bloeddruppel zich heeft gevormd
• Veeg de punctieplaats met een schoon, droog papieren zakdoekje af en blijf druk uitoefenen op de punctieplaats tot het bloeden ophoudt

Bloedafname op alternatieve plaatsen (AST) met de doorzichtigeinstelbare punctiedop:

Handpalm:

• selecteer een punctieplaats op een vlezig gedeelte van de handpalm
• vermijd aders, haar, moedervlekken, botten en pezen
• duw de doorzichte punctiedop stevig tegen de punctieplaats en druk vervolgens op de blauwe vrijgaveknop
• blijf constant druk uitoefenen tot de bloeddruppel onder de punctiedop de geschikte grootte voor de meter bereikt
• verwijder het prikapparaat recht omhoog van de huid zonder de bloeddruppel uit te smeren
• laat bloed opzuigen door de glucoseteststrip binnen 20 seconden na de punctie
• test het bloedmonster niet indien u het volgende verkrijgt: uitgesmeerd bloed, dun bloed, klonterig bloed, heldere vloeistof gemengd met het bloed
• veeg de punctieplaats af met een schoon, droog papieren zakdoekje en blijf druk uitoefenen op de punctieplaats tot het bloeden ophoudt

Onderarm:

• selecteer een punctieplaats op een vlezig deel van de onderarm
• wrijf krachtig op de onderarm tot die warm aanvoelt
• vermijd aders, haar, moedervlekken, botten en pezen
• duw de doorzichte punctiedop tegen de punctieplaats en druk vervolgens op de blauwe vrijgaveknop
• houd het prikapparaat in constant contact met de huid en oefen druk uit en laat druk los door 2–3 keer traag op en neer te pompen zonder dat het prikapparaat daarbij van de huid los komt
• blijf constant druk uitoefenen tot de bloeddruppel onder de punctiedop de geschikte grootte voor de meter bereikt
• verwijder het prikapparaat recht omhoog van de huid zonder de bloeddruppel uit te smeren
• laat bloed opzuigen door de glucoseteststrip binnen 20 seconden na de punctie
• test het bloedmonster niet indien u het volgende verkrijgt uitgesmeerd bloed, dun bloed, klonterig bloed, heldere vloeistof gemengd met het bloed
• veeg de punctieplaats af met een schoon, droog papieren zakdoekje en blijf druk uitoefenen op de punctieplaats tot het bloeden ophoudt

Lancet verwijderen:

• verwijder de punctiedop voorzichtig door de draaiknop van de punctiedop vast te houden en de punctiedop van het prikapparaat te trekken
• leg het beschermdopje, dat men heeft bewaard toen men het lancet inzette, op een vlak oppervlak met het Bayer-logo naar beneden
• druk het gebruikte lancet dat nog steeds in de prikapparat zit, midden in het beschermdopje
• houd het prikapparaat boven een container voor scherpe voorwerpen (een lege plastic fles met een deksel volstaat)
• label de container goed en bewaar buiten het bereik van kinderen
• trek, terwijl men op de blauwe vrijgaveknop drukt, stevig aan de blauwe spanhendel todat het lancet er uit valt
• plaats de punctiedop terug

Let op: gooi het gebruikte lancet altijd met zorg weg om letsel of besmetting van anderen te voorkomen en gebruik elke keer een nieuw lancet.